Voor ons is het antwoord duidelijk: één van de belangrijkste uitsluitingscriteria die ethische banken gemeen (horen te) hebben, is een duidelijk standpunt tegen wapens. Niet alleen tegen bepaalde wapens, waar sommige financiële instellingen voor kiezen, maar tegen álle wapens. Dit is waarom:

1. Levenskwaliteit bevorderen in plaats van ondermijnen

Triodos Bank heeft dat standpunt altijd gehad, vertelt duurzaamheidsonderzoeker Federica Masut: “Wij willen als bank bijdragen aan een samenleving die de levenskwaliteit van mensen bevordert en waarin menselijke waardigheid centraal staat. Financiering van wapens staat haaks op die missie. Gewapende conflicten – waar, wanneer en om welke dan reden dan ook – ondermijnen de levenskwaliteit juist en eisen een torenhoge tol in conflictgebieden.”

Daarom financiert Triodos Bank de wapenindustrie niet. Bij het selecteren van beleggingen in beursgenoteerde aandelen, is de defensie-industrie volledig uitgesloten. Daar blijft het niet bij: we screenen bedrijven in risicovolle sectoren zorgvuldig op directe en indirecte betrokkenheid bij wapenproductie-, -distributie en/of -dienstverlening. “Kort gezegd: we hanteren een zero tolerance-beleid”, aldus Masut. “We roepen andere financiële instellingen op om hetzelfde te (blijven) doen. We moeten financiële middelen juist inzetten voor positieve verandering, niet om een cultuur van geweld en conflict te voeden.”

2. Niet profiteren van geweld en oorlog

Maar hebben landen dan niet het recht om zich te beschermen en de veiligheid van burgers te garanderen? Dat is een zaak voor overheden, niet voor de private sector, verklaart Johanna Schmidt, eveneens duurzaamheidsonderzoeker bij Triodos Bank. “De militaire uitgaven van landen bedroegen in 2022 iets meer dan 2.240 miljard dollar, volgens het Stockholm International Peace Research Institute (SIPRI). Dat is het hoogste niveau sinds 1949, toen zij de militaire uitgaven begonnen bij te houden. Die cijfers overtreffen de steun van financiële instellingen aan de defensie-industrie vele malen – mede omdat ze de totale militaire uitgaven omvatten, inclusief de salarissen van militair personeel.”

Regeringen beschikken dus over ruime mogelijkheden om geld in te zamelen voor nationale defensie- en veiligheidsbelangen. Bij dringende kapitaalbehoeften kunnen ze hun begroting aanpassen en overschakelen op een oorlogseconomie, zoals momenteel het geval is bij landen die betrokken zijn bij gewapende conflicten. Centrale banken, die optreden als bankier voor regeringen, kunnen in hun financieringsbehoeften voorzien en met wetgevende maatregelen kunnen regeringen hun financiering aanpassen aan noodsituaties.

Perverse prikkel

De private sector heeft overigens heel andere motieven, vult Masut aan: “Voor financiële instellingen is het een heel ander verhaal. Voor hen zijn investeringen in de wapenindustrie vooral een manier om te profiteren van producten waar momenteel veel vraag naar is – wapens dus. Anders gezegd: om te profiteren van oorlog en geweld. Dat is een perverse prikkel waar we als sector ver van weg moeten blijven.”

Gestegen marktwaarde

Sinds de uitbraak van de oorlog in Oekraïne geven verschillende financiële instellingen aan dat ze bereid zijn om juist méér te investeren in de wapensector. De Europese Commissie heeft al 1,5 miljard euro uitgetrokken voor defensiefinanciering en verschillende Europese landen hebben hun defensie-uitgaven fors verhoogd. Uit een rapport van de Global Alliance for Banking on Values (GABV) blijkt dat de investeringen in de wapenindustrie tussen 2020 en 2022 wereldwijd gestegen zijn tot ten minste 1 biljoen Amerikaanse dollar.

Defensiebedrijven profiteren van gewapende conflicten, oorlogen en de daarmee gepaard gaande militaire uitgaven. Die genereren niet alleen inkomsten, ze stuwen ook de aandelenkoersen van die bedrijven omhoog en verlagen hun eigen kapitaalkosten. Na de meest recente escalatie van het Israëlisch-Palestijns conflict steeg de marktwaarde van enkele van de grootste Amerikaanse wapenfabrikanten met ongeveer 23 miljard dollar.

Volgens Masut maakt dat het des te immoreler om nu de wapenindustrie te financieren. “Wie nu in wapens investeert, behaalt waarschijnlijk een goed rendement. Maar dan profiteer je dus wel van oorlog en geweld. Wij, en velen met ons, geloven dat investeren verdergaat dan alleen rendement. Het gaat ook om verantwoordelijkheid nemen, om geld te laten werken voor positieve verandering. De wapenindustrie financieren is dan gewoon een no-go.”

Triodos Bank beoordeelt al haar financieringen aan de hand van een set van minimumeisen. Lees er meer over:  De grenzen van wat we financieren

3. Geen permanente oorlogseconomie organiseren

Als de prioriteiten op lange termijn verstoord blijven, worden samenlevingen economisch afhankelijk van oorlog, terwijl de optie van vreedzame diplomatie erodeert. Hoewel wapens lang een algemeen aanvaard en toegepast uitsluitingscriterium vormden in de beleggingswereld, dreigt nu een normverschuiving naar brede acceptatie en bereidheid om te investeren in de defensie-industrie, zowel in oorlog- als in vredestijd. Die normverschuiving kan resulteren in een permanente oorlogseconomie, wat de verwezenlijking van grotere sociale en milieuambities in de weg zal staan.

“De wapenindustrie financieren betekent profiteren van geweld en vernietiging. Dat mág geen plek hebben in het financiële systeem dat we met elkaar willen bouwen”, besluit Masut. “Juist in deze tijden van onrust en onzekerheid moeten we als financiële sector vasthouden aan onze kernprincipes en een positieve visie op de samenleving. Wapens zijn daar geen onderdeel van en zullen dat ook nooit worden.”

4. Geen zicht op waar de wapens terecht komen

Volgens Masut is er nog een belangrijke reden voor financiële instellingen om weg te blijven van wapens. “Waarvoor de geproduceerde wapens gebruikt worden, daar hebben we als financiële sector eigenlijk geen zicht of invloed op”, legt ze uit. Dit komt onder andere omdat de handel in wapens verre van transparant is en slecht gecontroleerd wordt. Momenteel hebben maar enkele landen in de wereld beleid dat transparantie over de export van wapens garandeert. Ook is de internationale wapenhandel zeer gevoelig voor corruptie. “We financieren dus eigenlijk alleen de groei van de wapenindustrie en hun winsten, níét het oplossen van of hulp bieden bij een bepaald conflict.”

Bovendien kunnen verouderde wapens, via de weg van tweedehandsmarkten, opnieuw ingezet worden voor doeleinden die wellicht een stuk schimmiger zijn dan het beschermen van burgers. Ook daar hebben financiële instellingen geen zicht of invloed op.