1. We moeten af van de groei
Een langere waarborg op consumptiegoederen, zodat fabrikanten producten willen en moeten maken die langer meegaan. Voedselverspilling tegengaan. De openbare ruimte bevrijden van reclame. Het zijn drie voorbeelden van maatregelen die economisch antropoloog Jason Hickel aanhaalt om het probleem bij de wortels aan te pakken, en dat is het najagen van economische groei die de vraag naar energie alleen maar doet toenemen. Hij verwijst naar het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) dat zegt dat de vraag naar energie moet dalen. Bij je thuis energie besparen is mooi, maar de grote energieverbruiker is de industrie, en om die energie te doen besparen heb je regelgeving nodig.
2. De nieuwe economie moet rechtvaardig zijn
De regelgeving moet de groei doen dalen, en dat is mogelijk zonder de kwetsbaren in de bevolking te treffen, stelt Hickel nog. Je kan geen taks op vervuilende brandstof invoeren, als de mensen geen andere vervoersmiddelen hebben, zoals bewezen is door Macron en de gele hesjes. Investeren in goede openbare diensten, is de boodschap.
De economie van de Verenigde Staten is verdubbeld sinds de jaren ’70, maar de grote meerderheid heeft daar weinig van gemerkt en de armoedecijfers zijn gestegen. Wereldwijd heeft ongelijkheid mensen in de armen van populisten gedreven, maar dat betekent niet dat zij tegen een radicale transitie zijn. Ze willen alleen niet dat die op hun kap gebeurt. Zonder sociale rechtvaardigheid is klimaattransitie niet mogelijk.
3. Toezichthouders zijn progressieve krachten
Naast consumenten en producenten moet ook de financiële sector zijn verantwoordelijkheid nemen, vindt Triodos Bank-hoofdeconoom Kees Vendrik, want die sector vind je echt overal in het economische raderwerk. Volgens het Nederlandse klimaatakkoord moeten alle financiële instellingen over hun uitstoot rapporteren, en doelen stellen die overeenkomen met het akkoord van Parijs, met andere woorden: hun krediet- en investeringsportefeuilles in lijn brengen met een maximale opwarming tot 1,5 °C. Ook de VN-principes voor verantwoord bankieren die in september 2019 werden gelanceerd, zitten op die lijn.
Wat ook helpt, zijn er de toezichthouders. “Fascinerend wat voor een progressieve kracht er uitgaat van sommigen onder hen”, vindt Vendrik. Toezichthoudersvragen de banken om te rapporteren over de klimaatrisico’s op hun balansen, want ze willen niet nog eens een wereldwijde financiële crisis omdat de bankiers niet aan het opletten waren.
Dat risico lopen we namelijk indien banken kolencentrales, olieontginning en andere fossiele activa blijven financieren, want die dreigen 'stranded assets' te worden - bankjargon voor een verstreken houdbaarheidsdatum.
4. Wij zijn niet te klein
Naar aanleiding van het autosalon deed een VRT-journalist drie testritten met verschillende wagens. Op zijn vraag ‘Welke wagen is de properste?’ tweette auteur Tine Hens ‘Geen wagen’. In de stroom van reacties die erop volgde, viel die van een politicus haar op: “Jij maakt de economie kapot.” Dat is wellicht iets te veel impact om toe te schrijven aan één persoon.
Omgekeerd mogen we ook niet te klein denken, vindt Hens. Uiteraard gaan we het productieproces niet veranderen met ons consumptiegedrag, dat kan enkel met wetten. Het is niet voldoende om opgedrongen consumptiepatronen te weigeren en zo het systeem te weigeren. Maar het is wel noodzakelijk. Daarmee plaatst ze een ander verhaal op de voorgrond: het verhaal over het goede leven en een pleidooi voor een nieuw verbond tussen mensen.
5. Het collectieve probleem is een deel van de oplossing
Goed nieuws als je kijkt door de bril van hoogleraar psychologie Paul Verhaeghe. We staan voor het grootste probleem in de geschiedenis van de mensheid. En er is niets dat mensen zo verenigt als een groot probleem dat iedereen treft. We lossen het niet op omdat we de groei zo moeilijk kunnen missen: zonder groei daalt de werkgelegenheid en dat brengt de sociale zekerheid in gevaar. Daarom moeten we niet louter de groei verminderen, we moeten het systeem veranderen. Dat we toch altijd blijven streven naar meer, komt omdat we nauwelijks nog een hoger doel hebben. Collectieve zingeving is vervangen door bezit, en daarvan hebben we nooit genoeg. Nu kan een collectief probleem een nieuwe ingesteldheid uitlokken. "Iets doen voor onze kinderen of kleinkinderen is een van de krachtigste motivatiebronnen die er bestaan."
Bedankt voor je reactie!
Bevestig je reactie door op de link in je e-mail te klikken.